Mijn tweede blog

Dit is de blog waarop ik al mijn creativiteit kwijt kan. Was het eerst borduren en breien, nu is het alleen nog maar haken waarmee ik op dit moment bezig ben.
Ook schreef ik vele stukjes over mijn jeugd, gezin en allerlei andere zaken waarover ik iets kwijt wilde. Omdat ik die liever niet tussen mijn haakverhalen had staan, opende ik daarvoor een aparte blog. Tw. Avalon`s blog:
http://avalon045-avalon.blogspot.com/

This is my creative blog. First embroidery and knitting, now it`s all crochet. The little stories I wrote and write about my youth, family and all other things I want to write about are on my other blog called "Avalon". [see link above]. I am sorry these are just in Dutch, but if you are very curious just try Google translate.
According to this blog, it`s impossible to translate all the stories about my work. But I try to start translating the patterns. You can find the translations under the label "english pattern" . Up till now there are just seven, but I try to make more in the future.

Hoe brei of haak ik een trui zonder patroon


Patronen uit bladen [of van internet] gebruik ik niet, want ze passen nooit. Brei- en haakbladen en ook het internet gebruik ik alleen om ideetjes op te doen, want ik vind het veel leuker zelf mijn gehele trui of vest samen te stellen naar mijn eigen ideeën. Ik ga eigenlijk maar van één ding uit, tw. het moet een beetje passen. Strak aan is rampzalig, oversized is heerlijk.

Hoe ga ik te werk:

Meestal begint het zo, dat ik in een Zeeman, Wibra, Action of andere goedkope winkel aanloop tegen wol in de meeste aantrekkelijke kleurtjes. Ze moet niet al te dun zijn want dan is het niet leuk meer en naalden 3,5 is voor mij het absolute minimum. Is de wol te dun en wil ik hem toch, dan verwerk ik ze dubbeldraads. Hoeveel wol ik moet kopen, weet ik nooit, dus koop ik uit voorzorg altijd veel te veel. Dat kan me niet schelen, want met wolresten kan ik later nog heel veel leuke dingen doen.

HET PROEFLAPJE EN HET METEN;

Ik duik als ik thuiskom in mijn tassen, zoek een passende haaknaald of breipennen en maak een proeflapje van minstens 20 steken en 20 toeren. Als ik een patroonsteek wil, neem ik die en aan de hand van het lapje kan ik uitrekenen hoeveel steken dat ik nodig heb voor een trui/vest. Ik meet 10 cm. uit, markeer die met spelden en tel het aantal steken dat zich tussen de spelden bevindt. Dat is de basis waarmee alles kan uitrekenen. Is 10 cm te breed, dan neem ik minder en pas het deeltal aan. [zie verderop].

Nu de maten van de trui/vest: Ik neem een lekker zittende [liefst een beetje oversized] trui van mezelf of van degene voor wie ik er een wil maken en spreid die met de mouwen zijwaarts gestrekt plat uit op de tafel of de vloer.

Ik meet van de panden:
1. de hoogte [aan de zijkant] van de onderkant totaan de bovenkant van de mouw
2. de hoogte [aan de zijkant] van de onderkant totaan de oksels.
3. de breedte van de panden.
Ik meet van de mouwen:
1. de lengte [vanuit de oksel naar de pols]
2. de breedte [aan de bovenkant x2!!!, want hij ligt dubbel].

Hierbij merk ik op dat de lengte- en hoogtematen naar wens gemakkelijk veranderd kunnen worden. Bij de breedtematen wordt het oppassen want die zijn nauw verbonden met de maat van de trui.

Daarna ga ik die maten overzetten in het aantal steken. Hierbij even een voorbeeld: bij een pand van 60 cm. en een stekenaantal van 20 op 10 cm. wordt het [60:10=6]x20=120 steken. Dwz. de cm. aantallen delen. Bij een oversized patroon komt het gelukkig niet al te nauw.

HET BREIEN EN HAKEN
[ik spreek verder alleen over breien, maar het kan net zo goed haken zijn]

Als ik het heel simpel wil doen brei ik vier rechthoekige lappen in 2 verschillende maten. Meestal begin ik met de mouwen. Ik krijgt dan een goed inzicht in de stekenverhouding en hoef minder uit te trekken als het helemaal fout gaat.

Mouwen:
Basis is de breedte [stekenaantal] bovenaan de mouw.
Beginnen aan de onderkant:
1. boord breien met de helft van de steken en boven de boord meteen meerderen naar het stekenaantal voor de breedte bovenaan
2. boord breien met de helft van het aantal steken en langzamerhand meerderen.
Beginnen aan de bovenkant:
3. langzamerhand minderen en eindigen met de boord
4. in de laatste toeren terugminderen naar de helft en boord breien.
5. Gewoon een rechte lap maken. Boord of geen boord. Dat is bij mij favoriet vooral met haken.

Panden:
1. Beide panden rechte lap breien met de uitgerekende steken in de gewenste breedte.
2. Achterpand: doorbreien tot de gemeten hoogte boven aan de mouw, daarna de schouderafschuining is als volgt: 10 [13 bij dunnere wol] st. minderen, toer uitbreien, [nog 5x herhalen-dus 3x totaal aan beide zijden]. De resterende steken [dat is het aantal van de hals] afkanten.
3. Voorkant: Wat voor soort hals je wilt hebben bepaalt hoe hoog of laag je aan de hals begint. Bij een vrij hoge hals met boord begin ik 8 cm. onder het punt van de schouderafschuining [dat kan je dus nameten op het al klaar zijnde achterpand]. De helft van de steken in het midden in 1x afkanten. Daarna beide helften apart verder breien. Nog 1x3, 2x3, 3x1 afkanten aan beide zijden van de hals.
Pas op dat tijdens het minderen van de hals, ook de schouderafschuining begint op hetzelfde punt als bij het achterpand. Voor de evt. halsboord ruim steken opnemen [zowel voor als achter] en minstens 6 cm. boordsteek breien en afkanten.

TIP:

Dit is maar één van de manieren om een hals te maken, er zijn er velen. Het is zelfs mogelijk het hele gebeuren van de hals weg te laten en zowel voor als achter recht af te kanten na de schouderafschuining. Dit vind ik niet lekker want dan drukt de trui nogal tegen mijn keel aan.
Ook de schouderafschuining kan achterwege gelaten worden. Ga lekker experimenteren, wees niet bang om fouten te maken of iets te moeten uittrekken. Dat gebeurt mij ook vaak genoeg. Het zal bij de eerste trui ongetwijfeld niet al te gemakkelijk gaan, maar uiteindelijk zal je zien, dat ook van het bovenstaande patroon niets vaststaat. Als je zover bent, dan ga je goed en zal het van lieverlee steeds leuker worden. Suc6!

Geschreven: 9 maart 2012